De Coördinatenbalk gebruiken

Gebruik de Coördinatenbalk wanneer u bepaalde waarden voor een object exact wilt afmeten, zoals de straal van een cirkel, de hoek van een muur, de straal van een halve bol of de hoogte van een geëxtrudeerde rechthoek. Welke velden in de Coördinatenbalk beschikbaar zijn, hangt af van het geselecteerde gereedschap, de handeling die u uitvoert en het huidige aanzicht van de tekening.

De locatie en weergaveopties van de Coördinatenbalk kunnen aangepast worden via het menu Venster > Instellingen coordinatenbalk of via de menuknop Instellingen coördinatenbalk rechts in de Methodebalk (zie Instellingen Coördinatenbalk en Bewerk groep). Als de zwevende coördinatenbalk is ingeschakeld, verschijnt deze langs de cursor. Als de vaste coördinatenbalk is ingeschakeld, verschijnt deze in de Methodebalk.

Basic100368.png 

Basic100371.png 

De gegevens die u hier terugvindt zijn de coördinaten van de voorvertoning die in de tekenzone verschijnt wanneer u een object aan het tekenen bent. De coördinaten worden berekend ten opzichte van het zwevend nulpunt, indien dit aanwezig is, zoniet zijn het vaste waarden. In de onderstaande tabel vindt u de meest voorkomende velden van de Coördinatenbalk, andere velden worden besproken bij de overeenstemmende onderwerpen in de handleiding.

Veld

Omschrijving

2D-coördinaten

 

±X

Dit is de afstand vanaf het vorige klikpunt of de vorige positie langs de X-as.

±Y

Dit is de afstand vanaf het vorige klikpunt of de vorige positie langs de Y-as.

L

Dit is de lengte, de afstand vanaf 0,0 of de straal van het getekende object.

A

Dit is de hoek of rotatie van het getekende object.

X

Dit is de horizontale afstand (X-dimensie) van de cursor in het tekenvenster.

Y

Dit is de verticale afstand (Y-dimensie) van de cursor in het tekenvenster.

3D-coördinaten

 

WV H

Dit is de hoek of rotatie van het getekende object ten opzichte van de X-as van het werkvlak.

X’

Dit is de absolute X’-waarde in het werkvlak.

Y’

Dit is de absolute Y’-waarde in het werkvlak.

Z’

Dit is de absolute Z’-waarde in het werkvlak (enkel bij 3D-objecten).

L

Dis is de lengte of afstand van het getekende object.

Z

Dit is de afstand van het getekende object langs de Z-as.

Mpnt X

Dit is het middelpunt van het object langs de X-as.

Mpnt Y

Dit is het middelpunt van het object langs de Y-as.

Mpnt Z

Dit is het middelpunt van het object langs de Z-as.

±X’

Dit is de afstand vanaf het vorige klikpunt of de vorige positie langs de X-as van het werkvlak.

±Y’

Dit is de afstand vanaf het vorige klikpunt of de vorige positie langs de Y-as van het werkvlak.

±Z’

Dit is de afstand vanaf het vorige klikpunt of de vorige positie langs de Z-as van het werkvlak.

±X

Dit is de afstand vanaf het vorige klikpunt of de vorige positie langs de X-as.

±Y

Dit is de afstand vanaf het vorige klikpunt of de vorige positie langs de Y-as.

±Z

Dit is de afstand vanaf het vorige klikpunt of de vorige positie langs de Z-as.

Straal

Dit is de straal van het getekende object.

Hoogte

Dit is de hoogte van het getekende object.

Tekenen m.b.v. de Coördinatenbalk

Instellingen Coördinatenbalk en Bewerk groep